
Als er een ongeluk gebeurt kan het slachtoffer veel bloed verliezen. Als het slachtoffer te veel bloed verliest kan het lichaam niet snel genoeg bloed bij maken. Het slachtoffer heeft dan bloed van iemand anders nodig. Ook als een
patiënt tijdens een operatie veel bloed verliest heeft de
patiënt bloed van iemand anders nodig.
Om ervoor te zorgen dat er altijd bloed is in het ziekenhuis om
patiënten of slachtoffers te helpen kan je bloed geven bij de bloedbank. Iemand die bloed geeft wordt donor genoemd.
Wanneer mag je bloed geven?Iedereen die gezond is, kan donor worden als hij tussen de 18 en 65 jaar is. Je kunt bloed geven totdat je 70 jaar bent.
Wanneer mag je geen bloed geven?Soms mag je geen bloed geven, dit kan tijdelijk zijn of voor altijd.
Je mag geen bloed geven:
- Als je bepaalde medicijnen gebruikt zoals insuline (als je suikerziekte hebt).
- Als je kort geleden zelf bloed hebt gekregen.
- Als je bij de tandarts een tand of kies hebt laten trekken, moet je drie dagen wachten tot je weer bloed mag geven.
- Als je een bepaalde ziekte hebt.
- Als je drugs gebruikt of hebt gebruikt.
- Vrouwen die zwanger zijn mogen geen bloed geven omdat ze het zelf nodig hebben voor de baby.